Dit interview werd gepubliceerd door de Koninklijke Nederlandse Roeibond
In ‘De Laatste Lichting’ volgt Merijn Soeters twee roeiploegen die het tegen elkaar opnemen op de Bosbaan in aanloop naar de Olympische Spelen. Ze racen drie dagen tegen elkaar om te bepalen wie er naar het EK mag, in de hoop daar goed genoeg te presteren om door te mogen naar het Olympisch Kwalificatie Toernooi. Hoe is het idee van de docu tot stand gekomen, waarom is het interessant om te zien en gaat Merijn dit vaker doen? We vroegen het aan Merijn Soeters zelf.
Voor de mensen die de docu nog niet hebben gezien, hoe zou je het samenvatten?
De twee ploegen zijn in veel het tegenovergestelde van elkaar. Bart en Ward roeien bij Asopos in Leiden, zijn ervaren, ouder, rustig en hebben al veel samen geroeid. Obbe en David roeien bij Skøll in Amsterdam en zijn nog jong en onervaren. ‘Net uit de luiers’ zegt hun coach. Ook in karakters zijn ze verschillend, maar dat wordt wel duidelijk in de film.
Waarom is het interessant om te zien?
Ik denk dat deze roeiers, hoe verschillend ze ook zijn, allemaal laten zien waarom ze zo gek zijn om zoveel voor hun sport te geven. Hoe mooi ze onze sport vinden en wat ze ervoor doen en laten. Maar misschien nog meer: door de docu heen wordt duidelijk dat het moet klikken tussen twee roeiers, bij uitstek in een nummer als de lichte dubbeltwee. Deze vier roeiers zijn allemaal sterk en getalenteerd, maar waarom werkt het bij de ene ploeg beter dan bij de ander? Misschien wel tegen de verwachting in. Ik denk dat veel roeiers en ook best wat coaches hier veel in zullen herkennen en misschien iets van leren.
Hoe is het idee van deze docu ontstaan?
In het coronajaar viel een groot deel van mijn werk weg. De roeiwedstrijden werden afgelast en er gebeurde weinig anders wat ik kon fotograferen. Dat klinkt negatief, maar daardoor ontstond er juist ruimte voor andere, nieuwe dingen. Ik besloot wat meer met video te gaan werken. Ik had al gefilmd voor de documentaire ‘Gaan voor Goud’, maar daar was mijn rol beperkt. Nu kon ik zelf bepalen hoe ik zou werken.
Een jaar eerder was ik vanuit Amsterdam naar Leiden verhuist, waar Bart en Ward trainen. We kwamen met elkaar in contact en hun verhaal sprak me aan. Obbe en David kende ik al van mijn oude vereniging Skøll. Ik wist dat alle vier enorm gemotiveerde, getalenteerde en kansrijke roeiers zijn. Het leek me mooi om ze te volgen op weg naar wat mogelijk Olympische deelname zou zijn. Het zag er destijds naar uit dat licht roeien na Tokio niet meer op de kalender zou staan. Daar kwam de woordspeling ‘De Laatste Lichting’ natuurlijk vandaan. Het was nu of nooit. Nu weten we dat ze in Parijs nog een laatste kans hebben.
”IN HET CORONAJAAR VIEL EEN GROOT DEEL VAN MIJN WERK WEG”
Merijn Soeters
Hoe was het voor je om dit van zo dichtbij mee te maken en te filmen?
Ik ben alle mannen in deze docu heel dankbaar. Ik vond het verrassend hoe open ze allemaal waren. Hoe ze zich bloot gaven. Er zitten intieme momenten in: mooie momenten van broederschap, maar ook hardere. Ik heb het gevoel dat niemand zich heeft ingehouden.
Het is de eerste keer dat je een docu maakt, kunnen we er meer verwachten?
Ja, zeker. Ik vind het fijn om verhalen te vertellen. Met video kan dat beter dan met fotografie. Ik wil meer verhalen vertellen, vanuit mezelf maar ook voor opdrachtgevers. Film is daar een schitterend medium voor. Maar het zou ook zomaar kunnen dat er weer een boek aankomt, een tentoonstelling, een podcast of iets anders.
Ik heb er ook veel van geleerd: ik wilde zelf het verhaal ook editen, maar dat kwam niet goed van de grond. Ik ben erg blij met Erwin Prins die het rauwe materiaal heeft omgezet naar een film waar ik trots op ben.